Joods gevangene

David Koker
Dichter-Student
21 jaar

In september 1941 wordt David Koker gedwongen om te stoppen met zijn studie filosofie en geschiedenis. De universiteit laat geen joden meer toe. Een jaar later begint de massale deportatie van joden. Met duizenden tegelijk worden zij via het kamp Westerbork naar 'werkkampen' in het Oosten gestuurd . Later blijken dat vernietigingskampen te zijn. Veel joden duiken onder. Het gezin Koker doet dat niet; zij vertrouwen op de 'Sperre' van vader Koker. Toch wordt de gehele familie begin 1943 van huis gehaald en naar Kamp Vught gebracht.

Gezin Koker, toen alles nog goed was...

Max Koker, de jongere broer van David, vertelt over de Sperre van zijn vader:

In het kamp komt David met zijn vader en broer Max in het joodse mannenkamp, moeder Judith moet naar het vrouwenkamp. De joodse gevangenen hoeven dan nog niet te werken en mogen hun meegebrachte koffers en etenswaren houden.


begin

Concentratiekamp Vught is dan net geopend en er heerst een complete chaos. De joden hebben daarom een eigen organisatie opgezet, zodat ze zaken zelf kunnen regelen. De SS stemt er mee in omdat hen daarmee werk uit handen wordt genomen.

Met de Schutzhäftlinge achter het dubbele prikkeldraad hebben zij niets te maken. David schrijft in een gedicht:

Uit: D. Koker, Dagboek geschreven in Vught
Men kan in de ochtendwind het voorjaar raden
en uit de vlakte stijgt een klare damp
het licht valt in een zonnige genade
over de rode huizen van het kamp
maar de gevangenen aan de overkant
kruien hun wagens voort langs rechte paden
of harken naarstig in het schaarse zand
en rillen in hun lange streepgewaden.
Het is of hen de lentewind niet raakt
en of ze in hun eigen schaduw schuilen
ook als de zon in duizend kleuren staat
of beter storm en regen konden huilen
om 't kamp waar tussen prikkeldraad en spijlen
het leven zijn vervloekte wegen gaat.

Dagboek


hygiëne
In het joodse kamp wordt het werk onderling geregeld, er is niet veel te doen. David praat wat met hem onbekende mensen en observeert goed wat hij meemaakt. Dat schrijft hij op kleine sigaretten vloeitjes, als een dagboek. Deze opgerolde papiertjes worden zijn hele kamptijd steeds naar buiten gesmokkeld en door een goede vriend bewaard. In 1977 wordt het als Dagboek geschreven in Vught uitgegeven. Over de sfeer in de toiletruimte schrijft hij bijvoorbeeld:

Uit: D. Koker, Dagboek geschreven in VughtDeze Neu(s)mann is overigens een merkwaardige kerel. Een gezicht dat meestal straf staat als van een dier met een snuit, diepzinnig achter een geweldige kromme neus, die op de randen rood is, zo geweldig spant de huid over het been. [...] Van de week troffen hij en ik elkaar op de WC. Ik zeg bij wijze van kompliment, dat zo'n WC wel gezellig is, als hij goed wordt schoongehouden. En hij: krom zittend, kromme neus vooruit, kromme pijp in de mond: een sater, is kennelijk gestreeld en vertelt hoe dit een plaats van samenkomst is en hoe ze hier uren naast elkaar zitten te praten.

Een tijdlang geeft David les aan joodse kinderen, totdat zij met het grote Kindertransport allemaal zijn vertrokken. In juli 1943 komt hij als een van de eerste joden bij het Philips-Kommando. 'Dankzij mijn Sperre bij Philips voel ik mij veel beter', schrijft hij.

cartotheekkaart David KokerHij wordt 'tijdschrijver', wat inhoudt dat hij moet bijhouden wat er per uur gemaakt wordt. Het werk stelt niet veel voor, en hij schrijft onder werktijd aan zijn dagboek. Ook gedichten en filosofische beschouwingen schrijft hij er in. De Philipsleiding laat hem zijn gang gaan.

In dat dagboek uit David zijn vermoeden, dat Philips achter de schermen aan de touwtjes trekt om in ieder geval de Philips werkers te beschermen. Maar hij vindt dat Philips toch meer aandacht geeft aan de niet-joodse verzetsvrouwen. Kijk hier wat Max later zegt:


ontspanning

contacten

Om de ellende even te vergeten wordt door de joodse gevangenen van alles georganiseerd. Zo richten ze een eigen orkest op en krijgen daarvoor instrumenten van buiten. Want de SS hoort graag muziek, zelfs van joden met een ster op.Ook is er een variété gezelschap waar David deel van uitmaakt. Op zondag geeft het gezelschap voorstellingen in een barak van de joodse vrouwen, waarbij SS-officieren op de voorste rij zitten. Wanneer Max een gitaar krijgt, kan hij David begeleiden als die zingt.

In zijn dagboek schrijft David Koker vele malen over het genot van de pakjes die hij ontvangt van zijn vriendinnetje en vrienden uit Amsterdam. Hij noemt de inhoud 'Leckerbisse'. Als er 'Pakket-sperre' is lijkt hij dagenlang van slag, omdat niet alleen het voedsel maar ook de liefde waarmee het ingepakt is zo gemist wordt. Ook schrijft hij over zijn dilemma of hij anderen zal laten delen in zijn overvloed of het zelf bewaren voor een andere dag.

Afscheidsbriefje David Koker, uit de trein gegooid bij de Duitse grens

In juni 1944 lukt het niet meer om de 'Philips-joden' in Vught te houden. Het gezin Koker gaat, met de laatste groep van 500 joden, op transport naar Auschwitz-Birkenau. In Auschwitz wordt de groep Philips-joden niet vergast, maar in gedeelten doorgestuurd naar andere kampen om als 'Facharbeiter' te werk gesteld te worden bij electronica-bedrijven. David wordt daar ziek en sterft door bevriezing, tijdens een ziekentransport naar Dachau. Vader Koker komt in Langen-Bilau om door uitputting. Moeder en Max Koker overleven de oorlog.

terug...